De eenzame dronken man in de bar

Ergens in de herfst van 2013 bevond ik me rond drie uur ’s nachts in café ‘Les Flingueurs’ in Parijs. Het grote feest -dat voornamelijk bestond uit aangeschoten karaokeversies van Charles Trenet’s ‘La Mer’- was al een eindje afgelopen, en het resterende klantenbestand leek vooral een figurantenrol in ‘Les Misérables’ te ambiëren. Ik sta op het punt te vertrekken wanneer een oudere man met een bruine leren jas op me af komt. ‘Faut pas avoir de l’ambition, p’tit monsieur, ça sert à rien’. Een ogenblik later heeft ook een tweede man zich in het gesprek gemanoeuvreerd. ‘C’est pas bien ce que vous faites, la jeunesse, les jeunes, ils doivent rêver!’. De discussie tussen de twee Fransen verhevigde zienderogen. Zonder er nog een woord aan vuil te maken, keerde ik hen de rug toe en wandelde huiswaarts. Ik beeld me graag in dat het gesprek nog een half uur verder ging eer de twee mijn afwezigheid opmerkten.

Nu, twee jaar later, lees ik een artikel van de Britse econoom Umair Haque over de teloorgang van sociale netwerksite Twitter. En zie – ik bevind me gelijk opnieuw in ‘Les Flingueurs’;

It’s late summer, and I’m standing in Madison Square, frowning. Something’s wrong. Twitter feels like a deserted bar…people seem to be leaving early, too hastily, unsatisfied, rolling their eyes. Maybe, I say to myself, everyone’s just on vacation. […] Twitter’s a cemetery. Populated by ghosts. I call them the “ists”. Journalists retweeting journalists… activists retweeting activists… economists retweeting economists… once in a while a great war breaks out between this group of “ists” and that…but the thing is: no one’s listening…because everyone else seems to have left in a hurry.

Het probleem

Het beeld dat Haque ophangt van het huidige Twitterklimaat is niet mals. Spookverschijningen spuien er hun meningen en proberen zodoende een groep volgers (of volgelingen?) achter zich te krijgen. Kliekjesvorming is schering en inslag. Gelijkgezinden retweeten elkaar met het enthousiasme van een diabeticus in een snoepjeswinkel, terwijl andersgezinden hun kritiek niet sparen. Maar de vraag is en blijft wie nu eigenlijk gebaat is bij het vaak lege gepalaver dat plaatsvindt op Twitter. Wat in principe hét medium had moeten zijn voor snelle en vrije expressie, is gaandeweg veranderd in een podium voor verbitterden, sarcasten, grapjassen en populisten. Buiten de wil van Twitter om heeft zich toch een groep ‘elite-gebruikers’ gevormd, die door hun grote aantal volgers een veel groter platform hebben dan de gemiddelde gebruiker. En dan wordt het voeren van een dialoog al snel onmogelijk.

Voeg hierbij nog het feit dat de algemene toon van berichten op Twitter vaak erg direct en gemeen is. Een reactie die niet beantwoordt aan de waarden en normen van de dominante Twitter-stam wordt al snel meedogenloos de grond in geboord. Een nefaste ontwikkeling, aldus Haque, aangezien deze tendens al snel gebruikers afschrikt: “no one wants to spend their life being shouted at by people they’ll never meet who are angry not at them but at the world for things they barely even said to people they barely even know”. Haque strooit nog meer zout in de wonde in de rest van zijn artikel. Twitter is niet meer dan een anarchistisch dorpsplein;

“We once glorified Twitter as a great global town square, a shining agora where everyone could come together to converse. But I’ve never been to a town square where people can shove, push, taunt, bully, shout, harass, threaten, stalk, creep, and mob you… for eavesdropping on a conversation that they weren’t a part of… to alleviate their own existential rage… at their shattered dreams… and you can’t even call a cop.”

Pieter_Bruegel_d._Ä._041b
Chaos op het dorpsplein, ook bij Breugel.

Twitter realiseert dus niet zijn democratisch potentieel. Het medium zou in principe iedereen een stem moeten geven, en zodoende iedereen een extra waarde moeten toekennen op communicatief vlak. Maar volgens Haque gaat Twitter in de praktijk vooral gebukt onder abusieve gebruikers, die hun mening opdringen aan anderen door middel van verbaal geweld. Meer nog dan een verruimend medium is het huidige Twitter een naargeestig platform geworden – een showcase van stagnatie;

You can create the most perfect code in technological existence — but if all it’s used for is to relentlessly demean, bully, assault, torment, pick on, trample, bicker with, shout at people, well, it’s a pretty good sign that people aren’t using it for much of value. And that is a central point. When a technology is used to shrink people’s possibilities, more than to expand them, it cannot create value for them. And so people will simply tune it out, ignore it, walk away from it if they can. For the simple fact is that technologies which devalue us do not create value for us.

De journalistieke verantwoordelijkheid

En toch, en toch. Twitter lijkt nog maar moeilijk weg te denken uit het journalistieke landschap. Op de sites van bijna alle Belgische nieuwssites vind je tegenwoordig opinie-tweets onder veel artikels. Live matchverslagen op Sporza incorporeren tweets van bekende sporters, en ook op het VRT-journaal zie je af en toe schermvullende tweets hun opwachting maken. Kijkers kunnen ook mee-tweeten over ‘Het Journaal’, ‘Ter Zake’ en andere duidingsprogramma’s door het gebruik van de voorgestelde hashtag. De vraag is of dit nog echt relevant is in een periode waarin Twitter stiefmoederlijk behandeld wordt door veel (ex)gebruikers. Tegenover de ongeveer 316 miljoen actieve gebruikers staat immers een nog grotere groep aan inactieve gebruikers. Wat is de meerwaarde van het doorverwijzen naar een medium dat niet langer écht democratisch is qua atmosfeer? Een globaal surrogaat voor een goedkope bar waar iedereen overtuigd is van het eigen gelijk? Wie heeft boodschap aan een dialoog die niet eens constructief kan verlopen?

'Communication breakdown'
‘Communication breakdown’

Daarnaast moet men zich ook enkele ethische vragen stellen bij het gebruik van Twitter als nieuwsbron. Hoewel het ongetwijfeld waar is dat tweets een makkelijke bron van (controversiële) citaten biedt, mag men de kracht van het medium ook niet overschatten. Zoals reeds gezegd is Twitter een soort speelplaats zonder regels, waarbij de persoon met de grootste mond het vaak al te gemakkelijk haalt van de gematigde gebruiker, die vaak meer dan 140 tekens nodig heeft om een argument op te bouwen. Twitter roept, met recht en rede, gemengde reacties op bij journalisten. Sommigen zweren bij de snelheid van het medium, anderen huiveren bij de bondigheid ervan. Het hele debat is één van de vele slagvelden van de oorlog tussen twee concepties van journalistiek – blitzreporting en kwalitatief onderzoek. Zonder een uitspraak te doen ten voordele van de ene of de andere soort, lijkt Twitter quasi incompatibel met diepgaande reporting. Snelle artikels zijn dan weer gebaat bij het toevoegen van een tweet (of kunnen zich, in sommige artikels, zelfs beperken tot de vorm van een tweet).

De carnivaleske kuur

De journalistiek lijkt dan ook vooral voor problemen te staan met Twitter. ‘Niet gefundeerd genoeg’, ‘te opiniërend’, ‘draagt niets bij’; grotendeels terechte kritieken. Meer dan een ‘talking head’ kan men niet zien in een tweet, en zelfs dan is het gebruik ervan vaak discutabel. De journalist die zich op Twitter waagt, mag dan ook nooit vergeten dat de site nooit geconcipieerd is als een journalistieke tool. Twitter was initieel een medium voor het volk. Als slot van dit artikel stel ik dan ook voor om de netwerksite terug te geven aan het volk, en in te spelen op de sterktes van de micro-boodschap van 140 woorden.

In 1941 schreef de Russische literatuurcriticus Mikhail Bakthin ‘Rabelais and his World’, een werk dat de term ‘carnivaleske literatuur’ op de kaart zette. U weet het of u weet het niet, maar carnaval was oorspronkelijk een jaarlijks middeleeuws feest waarbij de onderdanen voor één keer ongestraft mochten lachen met de heersende macht. Carnivaleske literatuur bouwt verder op dit gegeven. Door middel van humor kan de schrijver fenomenen, sociale structuren en koningen onbestraft bekritiseren;

[…] to consecrate inventive freedom, to permit the combination of a variety of different elements and their rapprochement, to liberate from the prevailing point of view of the world, from conventions and established truths, from clichés, from all that is humdrum and universally accepted. This carnival spirit offers the chance to have a new outlook on the world, to realize the relative nature of all that exists, and to enter a completely new order of things.

Nu carnaval vooral draait rond verkleedpartijen en onze volkscultuur voor een groot deel verloren is gegaan, kunnen we de carnivaleske verantwoordelijkheid misschien wel doorschuiven naar sociale media zoals Twitter. Meer nog dan ons eigen gelijk te proberen halen, zouden we op Twitter met de nodige humor moeten kunnen reageren op actuele gebeurtenissen. De lach dient zich zodoende op als remedie bij uitstek tegen het verbitterde klimaat op de site. Het micro-boodschap format leent zich alvast prima voor kritische, humoristische one-liners die verder zonder gevolg blijven. Vandaar deze oproep – laten we Twitter teruggeven aan de man van de straat, en vooral kostelijk lachen met zij die denken enige macht te bezitten op het medium. Anders bent ook u, voor u het weet, een eenzame dronken man die zit te lallen in een lege bar – pakweg ‘Les Flingueurs’.


Bronnen:

Bakhtin, M. (1993). Rabelais and his World. Vert. Hélène Iswolsky. Bloomington: Indiana University Press.

Illustraties:

https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/e/e5/Pieter_Bruegel_d._%C3%84._041b.jpg

http://cdn2.hubspot.net/hub/171694/file-332836402-jpeg/images/communication-breakdown-affect-advocacy-resized-600.jpeg

5 gedachtes over “De eenzame dronken man in de bar

Plaats een reactie